Deze website maakt gebruik van cookies. Meer informatie Melding niet meer tonen
Alles over de Bobtail of Old English Sheepdog
De B.A.R.F. voedingsmethode
Deel deze pagina

De B.A.R.F. voedingsmethode

Je hebt vast wel eens gehoord van B.A.R.F. Dit is een voedingsmethode en staat voor Bones and Raw Food of Biological Appropriate Raw Food. Vrij vertaald Biologisch verantwoorde rauwe voeding. Een “dieet” voor de hond die bestaat uit uitsluitend rauwe voeding. Dus rauw vlees, rauwe botten, rauwe groenten…alles rauw.

Met BARF is het de bedoeling dat je zo veel mogelijk een prooidier benadert. Je voert dus een bepaald percentage rauwe eetbare botten, orgaanvlees, spiervlees en een klein deel plantaardig materiaal. Granen zijn niet verboden, maar ook niet noodzakelijk om te voeren. Je hoeft niet elke dag een complete maaltijd te voeren, maar je werkt naar een compleetheid in de 14 dagen toe. Je kunt dus gerust, vandaag alleen vlees geven, morgen alleen groenten, overmorgen een visje, dag daarop een halve kip enz. enz. Bij het zelf samenstellen is het wel belangrijk dat er voldoende afgewisseld wordt met vlees en diersoorten. Om alle vitamines en mineralen binnen te krijgen, is afwisseling essentieel en is het de bedoeling dat je tenminste 4 verschillende diersoorten aan je hond voert. Je moet daarbij denken aan bijvoorbeeld een combinatie van kip, rund, lam en vis. Of kip, rund, geit en eend. Meer diersoorten mag wel, minder is onverstandig. Alle vlees en diersoorten bevatten andere vitamines en mineralen en door een goede afwisseling aan te bieden, ben je verzekerd dat je hond van alles voldoende binnen krijgt.

Rauwe vleesbotten

Veel mensen schrikken wanneer ze lezen dat barfers hun honden bijvoorbeeld kippenbotjes geven. We hebben immers geleerd dat deze botjes scherp zijn, splinteren en het spijsverteringskanaal beschadigen. Dit is een misvatting. Kippenbotjes zijn ongekookt juist zacht en flexibel en worden goed verteerd. Gekookt zijn ze inderdaad gevaarlijk!

De juiste eetbare botten zijn de niet-dragende botten van lammeren en geiten. We hebben het dan bijvoorbeeld over de ribben en de wervels. Het is dan de bedoeling dat je rauwe goed bevleesde botten geeft, de zogenaamde RMB’s (Raw Meaty Bones). Daarnaast kun je ook al het klein gevogelte zoals kwartel, kip, eend, parelhoen in zijn geheel voeren. Maar bij gevogelte wordt het meest gebruik gemaakt van “afval” zoals de nekken en de karkassen die relatief voordelig en makkelijk te verkrijgen zijn in vergelijk met een hele kip/eend/parelhoen. Runderknieën, mergpijpen, koeienpoten zijn niet geschikt om als voeding te geven, eigenlijk ook niet eens als recreatiebot want die dingen zijn erg hard en het gebit van de hond slijt ervan.

KipkarkasKipkarkas blijft over nadat de poelier de filets verwijderd heeft. Het is een zacht karkas wat elke hond goed kan eten.Kipkarkas
Kippen- of eendennekDit is een relatief zacht bot, ideaal om mee te beginnen. Let wel op, kippennekken zijn niet heel groot en kunnen door de gulzige eter in één keer worden doorgeslikt.Kippenekken
Hele kipLosse stukjes zoals poten, vleugels mag ook. Kippenbot hoort tot het zachte, zogenaamde beginnersbot. Jonge honden kunnen dit type bot al heel snel goed kauwen.Hele kip
KwarteltjesMeestal zijn deze met organen en dus een compleet “prooidier”.Kwarteltjes
GeitenribbenAlleen van jonge dieren. Nog niet geschikt voor melkgebitjes.Geitenribben
LamsribbenAlleen van jonge dieren. Nog niet geschikt voor melkgebitjes.Lamsribben
Parelhoen(karkas)Parelhoen(karkas)
EendkarkasEendkarkas
VisMakreel, haring, zalm(kop) of sardinesSardines
WildFazant(karkas), haas (karkas) of bijvoorbeeld ree ribbenFazant(karkas)

Zorg dat de stukken die je geeft (op een kippenek na) altijd zo groot zijn dat ze niet in één keer doorgeslikt kunnen worden. Geef bijvoorbeeld nooit één enkele rib, maar altijd een paar aan elkaar zodat het verplicht kluiven is. Is het teveel voor één maaltijd dan haal je na een tijdje het bot weg en geeft dat de volgende dag weer. Geef nooit een groot bot zonder toezicht.

Orgaanvlees

Orgaanvlees maakt ook zo’n 10 tot 20% deel uit van de maaltijd. Hiertoe behoren, hart, lever, pens, milt, long, nieren. Darmen officieël natuurlijk ook alleen de meeste honden eten die niet. Pens is eigenlijk een verhaal apart. Dit orgaan valt voor ons niet strikt binnen de 10/20% grens. De rest liever niet. Daarbij moet je rekening houden met de soms laxerende werking van sommige organen, zoals lever. Je hoeft ook niet iedere week alle organen gevoerd te hebben, hierin kun je gerust afwisselen.

Pens (Maag)Rund/lam/
schaap/geit
Pens is één van de magen van de herkauwer. Het is zodanig opgebouwd dat je gerust een gehele pensmaaltijd kunt geven. Het meest ideale is vuile pens, maar dit is wat moeilijker verkrijgbaar. Vuile pens bevat namelijk nog wat maaginhoud van het dier en in die maaginhoud zitten enzymen die de vertering van plantaardig materiaal bevorderen.
HartKip/rund/lamEen stukje orgaanvlees wat erg rijk is aan nutriënten. De meeste honden eten het graag en omdat er ook mensen zijn die het graag eten is het redelijk makkelijk verkrijgbaar.
NiertjesRund/schaapHeel gezond,maar niet altijd even makkelijk te verkrijgen. Worden goed verdragen.
MaagjesKipRedelijk goed verkrijgbaar bij poelieren. Gebruik alleen de zogenaamd “gepelde” maagjes, anders krijg je ze met inhoud=kippenvoer en dat willen we niet voeren. Worden goed verdragen.
LeverKip/lam/rundLever werkt erg laxerend en wordt mede daarom met mate gegeven. Lever is rijk aan Vit. A en D en is daardoor onmisbaar binnen het menu. Gemiddeld geven we zo’n 1% á 2% van het totaal aan orgaanvlees in lever. We gebruiken het liefst lams/kiplever vanwege het feit dat de lever een “gifopslagplaats” is van het dier en een runderlever dan de meeste ongewenste stoffen bevat omdat deze het langst geleefd heeft. Maar, ga er in deze vanuit als een runderlever geschikt is voor menselijke consumptie je ‘m ook aan de hond kunt voeren. Indien een hond geen lever wil eten dan is het noodzakelijk af en toe wat levertraan aan het menu toe te voegen.

Spiervlees

Spiervlees hoort het hoofdbestanddeel van de maaltijd te zijn. Spiervlees is het vlees dat voor beweging van het dier heeft gezorgd. Kopvlees valt ook onder spiervlees. Maar ook stukken vlees die de slager ongeschikt vindt voor menselijke consumptie omdat er veel zenen of pezen in zitten: dat vlees is uitstekend geschikt voor de hond.

Rauw vlees is niet eng om aan je honden te geven. Er zitten geen enge bacterietjes in waar ze ziek van worden. Sommige bacteriën leggen al het loodje in het sterkere maagzuur en voor andere bacteriën zijn honden helemaal niet gevoelig. Voor de bacteriën waar een hond wel gevoelig voor is heeft de hond een immuunsysteem.

Groentes

Een hond is zelf niet in staat de celwanden van planten af te breken. En dus moeten we de celwanden kapot maken. Dit doen we door de groente rauw te pureren of door de groente te koken. De hond is beslist in staat om voedingsstoffen uit gepureerde of gekookte groente te halen en een klein percentage groente verhoogd de gezondheid. Het levert vetzuren, vitamines en mineralen, sporenelementen en chlorofyl. Voer geen prei en ui want deze zijn licht giftig voor de hond.

Vis

Een hond is er bij gebaad om voedingsmiddelen binnen te krijgen die rijk zijn aan omega 3 vetzuren. De beste leverancier van omega 3 vetzuur is vette vis zoals zalm, makreel, sardientjes, haring, forel. Als de hond het lust, dan is een keer per week vette vis op het menu beslist aan te bevelen.